Podcast

De Week van Verbeek | BNR
BNR Nieuwsradio
Iedere week vertelt eindredacteur online van BNR Julian Verbeek wat hem opvalt.
Afleveringen

16 mei '25
Das mien merk!
Ik weet niet wat jij dit weekend gedaan hebt, maar ik was op een Tractor Pulling festival. Een Noord-Hollands weiland, heerlijk zonnetje en een paar compleet opgevoerde trekkers met een enorm kabaal een kar zover mogelijk vooruit kunnen trekken. Voor geluk is helemaal niet zoveel nodig. Maar ik was daar niet zomaar. Niet voor een diepte-interview met Caroline van der Plas, maar voor een vrijgezellenfeest. Die van mijzelf, welteverstaan. Al van kinds af aan vind ik trekkers prachtig. En zoals het met echte liefde gaat, blijft dat je hele leven. Het meest tot de verbeelding sprekende trekkermerk is John Deere. Ik had ooit een John Deere-petje, om mijn vrienden in Amsterdam te laten zien wat voor connaisseur ik was. Ik droeg het overal naartoe, op straat, Lowlands, Wintersport, maar telkens als ik in aanraking kwam met echte kenners kreeg ik het volgende commentaar: leuk petje, matige trekkers, alleen maar plastic. Wil je echt laten weten dat je verstand van hebt, kies dan voor het merk Fendt. En zo liep ik op mijn eigen vrijgezellenfeest met een Fendt-petje met matchend t-shirt uit de fanshop. En hoezeer ik mijn best ook deed, ik viel toch door de mand. Als ervaren festivalbezoeker had ik braaf een stapeltje gemaakt van mijn lege plastic bekers, dat is handig voor het statiegeld. ‘Wat wil je daarmee doen’, vroeg een man me. ‘Denk je dat je daar hier een zakje snoep voor krijgt?’ Ik kreeg een joviale klap op mijn schouders. Het verbod op single-use plastics heeft dit hoekje van de economie nog niet bereikt. Een vrouw lachte vriendelijk mee, ze droeg een t-shirt met de tekst: i't’s a good day to burn some diesel'. Het was een prachtig weekend. Al helemaal als je bedenkt dat ik ook in een piemelpak door Krakau had kunnen lopen. In een weekend mijn drie grootste liefdes samen: mijn verloofde, mijn allerbeste vrienden, en de trekker. See omnystudio.com/listener for privacy information.

9 mei '25
Tjoek tjoek
Men zegt dat je het fatsoen van een samenleving kan aflezen aan hoe men met haar gevangenen om gaat. Daar zou ik aan willen toevoegen dat de behandeling van de treinreiziger misschien nog wel meer zegt. Je kan een hoop zeggen over de gevangenis, maar je weet in ieder geval precies wanneer je weer thuis bent. Ik was ooit in Rome, waar in het bushokje de vertrektijden als volgt werden omschreven: tussen 6 uur ’s ochtends en middernacht rijden er bussen. Misschien niet de meest ambitieuze dienstregeling, maar ik ben wel lekker op het verwachtingsmanagement. Ik vermijd in de trein altijd de stiltecoupé. Niet omdat ik super tolerant ben voor luidruchtige, irritante en onfatsoenlijke medereizigers. Maar omdat het juist stiltecoupé gekmakend is als iemand hardop TikTok-filmpjes kijkt. Er zijn allerlei argumenten waaruit zou blijken dat het wel meevalt met onze treinen. Het Nederlandse spoornet is heel fijnmazig, treinen rijden hier veel vaker dan in andere landen. Een collega beweerde vanmiddag zelfs dat het Nederlandse spoor na dat van Japan en Zwitserland het beste ter wereld is. Dat zal allemaal heus wel kloppen. Maar als ik hier aan de overkant naar het Amstelstation loop, heb ik niet het gevoel alsof ik binnenval bij een wedstrijd in de Champions League. De trein staat voor mij symbool voor de staat van de publieke diensten in ons land. Natuurlijk, het niveau is een stuk hoger dan dat van Burkina Faso, om iets te noemen. Maar beter worden ze niet. Hooguit wordt binnen de grenzen van het redelijke toegestaan dat alles langzaam slechter wordt. Terwijl het toch ook super vet is om de uitdagingen zoals de energietransitie aan te pakken. Maar daar heb je ambitieuze en capabele mensen voor nodig in Den Haag. In plaats van dat zooitje ongeregeld dat wij daar nu hebben zitten. Die zijn – excusez le mot – het spoor bijster.See omnystudio.com/listener for privacy information.

2 mei '25
Mensen willen dat alles blijft zoals het is
De laatste tijd hoor ik vaak: wat een zooi in de wereld, die column van jou die schrijft zichzelf zeker. En inderdaad, aan onderwerpen geen gebrek, maar soms vraag ik mezelf weleens af: tja wat zal ik er eens over zeggen, mensen vinden toch al wat zij vinden. Onze filterbubbels sluiten ons geestelijk bijna hermetisch van elkaar af. Toch zie ik dingen waaruit blijkt dat de echte wereld in sommige gevallen nog steeds bij ons binnenkomt. De Canadezen waren lange tijd op weg om een tegen Trump aanschurkende conservatief te kiezen als premier. In januari had hij volgens The Economist een winkans van 96%. Tot de echte Trump in de VS begon met importheffingen en fantasieën over annexatie van Canada. Toen werd het vooruitzicht van een Trump-LARPende Jordan Peterson-fan als premier ineens een stuk minder aantrekkelijk. En zo wonnen maandag niet de Conservatieve, maar de doodsaaie Liberale partij de verkiezingen. Nadat JD Vance in München het nieuwe Amerikaanse standpunt ten aanzien van Europa bekendmaakte, namelijk: ‘zoek het ff lekker uit’, ging er een schokgolf over het continent. Maar wonderlijk genoeg begonnen Vances-geestverwanten in Europa te dalen in de peilingen. Veiligheid is zoiets fundamenteels, tegen dat gevoel is geen social media echo-kamer opgewassen. Mensen lijden aan de normalcy bias: het gevoel dat alles toch wel zal blijven zoals het is. Talloze mensen hebben het leven gelaten omdat zij bij alarm voor vulkaanuitbarstingen, noodweer of geweld, pas veel te laat een schuilkelder opzochten. We willen het eerst zien, en dan geloven we het pas. Ik maak mij geen enkele illusies maak over mijn eigen invloed, maar als een columnist al een nut heeft, is het om dingen in een verfrissend perspectief te zetten. Want als je de mens echt van mening wil laten veranderen, dan moet je inflatie of een oorlog veroorzaken. En dat gaat mij voorlopig nog niet lukken. Dit is een column van Julian VerbeekSee omnystudio.com/listener for privacy information.

25 apr. '25
An der schönen blauen Donau
Dit weekend was ik in Hongarije, Boedapest om precies te zijn. Voordat u denkt dat ik daar op een journalistieke missie was: het was voor een vrijgezellenfeest. Toch heb ik veel gezien. Alleen al in de shuttlebus vanaf de luchthaven rijdt je door de geschiedenis, langs de fossielen van de Sovjettijd, naar de prachtige doch ietwat vervallen binnenstad. Het ademt de Oostenrijkse tijd van keizerin Sisi. Opvallend, op wegen en gebouwen die er netjes uitzien, zie je meestal zo’n Europees vlaggetje. Wow, wat een wonder toch die Europese Unie, ze zullen ons hier wel dankbaar zijn. Nouja, dat blijkt dus best wel mee te vallen. Caroline de Gruyter vergelijkt in een boek het Habsburgse Oostenrijk-Hongarije met de huidige EU. Twee lappendekens van volkeren, die in permanente staat van ontevredenheid, hinkelen van het ene naar het andere compromis. De rol van Hongarije in beide gevallen, is opvallend gelijk: traineren, blokkeren en saboteren, de ultieme politieke partypooper. Vanuit de shuttlebus zie ik langs de weg telkens eenzelfde billboard. Een groot rood kruis, met daarop de verdacht kijkende Ursula von der Leyen, Volodymyr Zelensky en Europarlementariër Manfred Weber. De boodschap: ‘Laat ze niet over ons beslissen’. Het is een campagne van premier Viktor Orban, over het referendum dat hij zelf uitriep over het kandidaat-EU-lidmaatschap van Oekraïne. Het is inmiddels de bekende dynamiek: komt een idee uit Brussel, is Orban tegen. Tenzij dat idee komt in de vorm van een zakje geld. Veel van de landen die ontstonden nadat Oostenrijk-Hongarije uiteenviel, horen nu ook bij de EU. Want wat blijkt: als klein landje krijg je meer voor elkaar als je bij een grote groep hoort. En diep van binnen denk ik dat Viktor Orban dat ook wel weet. Ach ja, waar je allemaal niet aan kan denken op een elektrisch stepje langs de Donau.See omnystudio.com/listener for privacy information.

27 mrt. '25
Totale verbijstering
Vandaag beginnen we met een kort raadsel. Wat is de overeenkomst tussen: Duitsland, Nieuw-Zeeland, Japan, Italië, Zuid-Afrika, Zwitserland, België, Schotland, Wales, Albanië, Roemenië, Litouwen, Zuid-Korea, Noord-Macedonië, Slovenië, Armenië, Georgië, Hongarije, Oekraïne en Rusland. Dit zijn alle landen die hun districtenkiesstelsel hebben afgeschaft voor een vorm van evenredige vertegenwoordiging. Onze eigen Nederland hoort ook in dit rijtje, maar als het aan Nieuw Sociaal Contract ligt: niet meer voor lang. Minister van Binnenlandse Zaken Judith Uitermark van het NSC maakte bekend dat zij wil dat 125 van de 150 Kamerleden in de toekomst worden verkozen via kiesdistricten in onze provincies. Ik las het bericht met totale verbijstering. De wereld is onveiliger dan ooit, we zijn onze belangrijkste bondgenoot kwijt, problemen stapelen zich op: als er een moment is om groot te denken is het nu. En uitgerekend dan komt het NSC hiermee. Er straalt een kleingeestigheid vanaf, waar zelfs Calimero nog een puntje aan kan zuigen. De belangrijkste voorwaarde voor een oplossing, is dat er een probleem moet zijn. En daar gaat het bij dit voorstel al fout. Dit idee veronderstelt dat Nederland zo’n uitgestrekt land is, dat grote delen ervan het moeten stellen zonder democratische vertegenwoordiging. Een werkelijk bizarre aanname, je vraagt je af of mevrouw Uitermark weleens een Bosatlas van dichtbij heeft gezien. En voordat u denkt, dat ik hier vanuit een studio in Amsterdam eens lekker op de provincie wil gaan schijten: integendeel. Problemen verdienen aandacht, of ze nou plaatsvinden in Limburg of het Leidseplein, Coevorden of de Koopgoot. Maar als meer mensen uit de regio de magische oplossing voor alles zijn, vraag dan maar eens hoe men in Groningen denkt over Henk Kamp. Het getuigt van een werkelijke stuitende wereldvreemdheid dat NSC moeilijk doet over plannen die onze Europese veiligheid moeten waarborgen, en vervolgens ideologische vuurpijlen blijft afvuren zoals dit districtenstelsel en dat Constitutioneel Hof. We kunnen inmiddels de conclusie trekken dat we niet moeten hopen op Nieuw Sociaal Contract, maar op een nieuw kabinet. Dit is een column van Julian Verbeek.See omnystudio.com/listener for privacy information.

21 mrt. '25
Brussel is de moderne toren van Babel
Deze week was ik in Brussel, in het Europees parlement; mijn afspraak was ergens hoog in het gebouw. De lift ernaartoe stopte op bijna iedere verdieping, telkens kwamen er nieuwe mensen die een andere taal leken te spreken. Normaal gaan als er mensen in de lift bijkomen gaan mensen zachter praten, of worden gevoelige onderwerpen even geparkeerd. Maar in deze tjokvolle Brusselse lift bleef iedereen op vol volume doorkleppen. Er is immers geen betere privacy dan de wetenschap dat niemand je kan verstaan. Ik vind Brussel een te gekke stad, vooral vanwege de architectonische schizofrenie: prachtige gebouwen worden afgewisseld met afzichtelijke lelijkheid. Het is zelfs een serieus begrip in de planologie, Bruxellisation: willekeurige en onzorgvuldige introductie van moderne hoogbouw door de afwezigheid van ruimtelijke ordening. In het Bijbelse verhaal over de Toren van Babel wil de mens een toren bouwen die tot aan de hemel rijkt. God straft hen voor deze hoogmoed en dwarsboomt het plan door iedereen een andere taal te geven zodat niemand elkaar meer kan verstaan. Het Brussel van vandaag is net de toren van Babel, maar dan omgekeerd. Het bouwen wordt niet gedaan door een eensgezind volk, maar een kakafonie van talloze stemmen. En in tegenstelling tot het Oude Testament, hebben ze de taalbarrière weten te overbruggen met een bonte variëteit aan slecht Engels. Dit is een column van Julian Verbeek. Brussel is een rommeltje, een stad die hinkt op vele gedachten. En juist daarom zo geschikt als de facto hoofdstad van de Europese Unie. Net als de EU heeft het straatbeeld Brussel alles waar autoritaire persoonlijkheden een hekel hebben: het is ambigu, onoverzichtelijk en veel minder eenduidig. In deze tijden van Trump, Poetin, Xi, is ook iets om je aan vast te houden. Daarom deze ode aan de stad Brussel, een architectonisch protest tegen het autoritarisme.See omnystudio.com/listener for privacy information.

14 mrt. '25
Nokia 3310
Kent u de Nokia 3310 nog? Het iconische geluid van de rington brengt mij direct bij herinneringen aan de middelbare school. Laatst bekroop mij een provocatieve gedachte: hoe zou de wereld er vandaag uit zien als de technologie nooit verder was gekomen dan de Nokia 3310. Ik heb geen nostalgie naar de tijd van pruiken, paard en wagen en de builenpest. Maar stel je een wereld voor die grotendeels lijkt op die van nu, maar waarin je elkaar alleen kunt bellen, SMS’en en Snake II spelen. De gedachte komt voort uit een scène in het boek On Freedom van historicus Timothy Snyder. Een Amerikaanse gevangene heeft zijn straf uitgezeten en komt na decennia weer terug in de samenleving. Het grootste verschil: overal waar hij kijkt, in de bus, op straat, op het terras, in de bioscoop, ziet hij mensen vastgekleefd aan een smartphone. Het beklemt hem zo, dat hij zich afvraagt of men in de gevangenis niet vrijer is. Vandaag probeerde ik aan een stagiair uit te leggen wat de Nokia 3310 kon. Een telefoon zonder internet, Snapchat, TikTok, of zelfs WhatsApp, voor hem is het een stap verwijderd van de jagers en verzamelaars. Historicus Snyder beschrijft vijf voorwaarden voor een echt vrije samenleving. Een daarvan is onvoorspelbaarheid. In een samenleving die vrij is, ligt de keuze open en zijn er meerdere toekomstscenario’s. En juist die onvoorspelbaarheid wordt ondermijnd door onze smartphones. Met algoritmes en AI maken ons gedrag steeds makkelijker te voorspellen. Dat maakt ons vatbaar voor manipulatie van bedrijven en machthebbers. In de wereld van de Nokia 3310 waren er ook populisten. Maar het is een stuk makkelijker om mensenmassa’s op te hitsen met TikTok, dan dat je ze allemaal op een T9 toetsenbord een sms'je moet versturen.See omnystudio.com/listener for privacy information.

27 feb. '25
Gevoel wint van ratio
Sinds dit weekend heb ik er een vriend bij. Sterker nog, het zijn er zelfs driehonderd. Dat is niet gekomen door een virale video of het winnen van de loterij. Dit weekend was ik op het Dwingelderveld in Drenthe. Bij de schaapskooi ben ik gezwicht voor een hartverscheurende oproep of ik vriend wilde worden van het Drentse heideschaap. Voor dieren in nood is knuffelbaarheid geen onbelangrijke eigenschap. In campagnes van natuurorganisaties zie je de ijsbeer, olifantjes of de bij, maar vrijwel nooit de loopkever, langpootmug of de schietmot – terwijl het met hen eveneens heel slecht gaat. Dat ligt niet aan die dieren, maar wel aan de donateurs. Een marketinggoeroe vertelde mij ooit eens hoe lastig het was om de eerste zonnepanelen aan de man te brengen. Dat een zonnepaneel vernieuwende technologie bevat, die schoon en duurzaam is – reageerden mensen amper amper op. Maar waar bleken zonnepaneelbezitters nou echt lekker op te gaan? Het feit dat ze aan het eind van de maand een stroomrekening hadden die op nul stond. De Amerikaanse psycholoog Jonathan Haidt schreef een briljant boek The Righteous Mind. Hierin onderzoekt waarom Republikeinen succesvoller zijn in campagnevoeren. Onbewust maken mensen veel meer keuzes op hun gevoel dan op logica. In het boek maakt Haidt een voorstelling: je gevoel is een olifant, je ratio is een mannetje dat op zijn rug zit. Als je de koers van de olifant wil wijzigen, wie spreek je dan aan: het mannetje of de olifant? Democraten gebruiken vooral argumenten die zijn gestoeld op eerlijkheid, waarmee ze de ratio aanspreken. Bij Republikeinen gaat het daarentegen veiligheid en gemeenschap, zaken van gevoel. Het is wellicht contra-intuïtief, maar volgens Haidt gebruiken rechtse politici een breder moreel palet. Met andere woorden, ze spreken niet tegen het mannetje maar de olifant, en hebben daardoor meer effect. Het is wat mij betreft hoog tijd dat we deze logica ook toepassen op de energietransitie. Of je duurzaamheid nou belangrijk vindt of niet, je kunt niet ontkennen dat we voor onze energievoorziening nog steeds afhankelijk zijn van behoorlijk onfrisse landen. We zijn steeds meer bereid om geld uit te geven aan onze militaire verdediging. Maar als we echt veilig willen zijn, moeten we ook minder afhankelijk zijn. Ziet u? De olifant. Genoeg over dat dier, voorlopig houd ik het bij het Drentse heideschaap. Een vriendschap waar ik weinig van terug verwacht, maar voor een tientje per jaar draag ik bij aan zijn veiligheid - tegen de wolf.See omnystudio.com/listener for privacy information.

21 feb. '25
Een trap in de zak door Amerika
Het kost mij meestal geen moeite om mijn werk niet mee naar huis te nemen. Maar ik moet eerlijk zeggen, die enorme trap in de zak die Europa kreeg van Amerika bij mij behoorlijk binnenkwam. In een paar dagen tijd veranderde Amerika van onze belangrijkste bondgenoot, naar een land dat ons hoogstens tolereert. Ik vond het vooral pijnlijk om te zien hoe de Amerikanen zich verkneukelden over de blinde paniek bij dat hooghartige Europa, au. We wisten allang wat er ging komen, maar toch was het een verrassing. Alsof je op de fiets zit naar je zomerliefde omdat ze even met je wil praten en dat dat beter niet over de telefoon kan. Of het terecht, eerlijk of juist is, doet er niet toe. Amerika is een land dat zich kan permitteren om van mening te veranderen en vervolgens de rest van de wereld de schuld te geven van haar vorige standpunt. Maar als ik er toch een positief ding uit moet halen, is dat het signaal dat Trump totaal ondubbelzinnig is. Niemand in Europa hoeft zich nog af te vragen, of Trump ons ooit nog ergens mee wil helpen. Een harde boodschap, maar kraakhelder en niet te ontkennen. Hierdoor heeft dit moment de potentie om de politieke discussie te kantelen, zoals dat ook gebeurde bij de Brexit. Na dat catastrofale gestuntel werd het ineens stil over alle Xits. Geen Nexit, Frexit, Belxit of voor mijn part Sint-Maartensdijkxit. Europese politiek is alles wat Trumps Amerika minacht: consensus, overleg, veel gepraat, weinig vuurwerk. Het is onze enige keuze, zoveel kleine landen die allemaal iets anders willen – gelukkig leert de ervaring dat er in momenten van crisis ineens best een hoop mogelijk is. Dit is zo’n moment, we hebben elkaar harder nodig dan ooit, zonder het laffe gedoe van tegen Trump aan schurkende populisten. Voor de veiligheid van Europa kunnen we alleen nog bouwen op elkaar. Iedereen die daar niet aan mee wil doen, stelt ons willens en wetens bloot aan gevaar. Dit is een column van Julian VerbeekSee omnystudio.com/listener for privacy information.

7 feb. '25
Op zoek naar betere politici
Van de week reed ik door het plaatsje Odijk, in Utrecht. Langs de rondweg staan verschillende reclameborden met de vraag: ‘Lijkt het jou leuk om de politiek in te gaan?’. Een intrigerende campagne, om de lokale automobilisten politiek actief te maken. Je zou haast denken dat het een complot is tegen het belang van de fietser. Verderop rij ik langs de lokale voetbalclub, SV Odijk – waar ik als kind weleens tegen moest spelen. Bij SV Odijk hadden ze als eerste club in de omgeving vloerverwarming in de kleedkamers. Iets waar wij als pupillen zo van onder de indruk waren, dat we na een ijskoude wedstrijd, met zijn allen op de warme vloer gingen liggen. Afijn, de gemeente Bunnik, waar Odijk bij hoort, biedt burgers op de website een cursus om te leren hoe beslissingen in de raad worden genomen. Kennelijk is nieuwe aanwas hoog nodig. De burgemeester probeert het volk te prikkelen. ‘Denkt u wel eens dat u dat beter zou kunnen?’ Vroeger, toen alles nog goed was, zou een campagne als deze überhaupt niet nodig zijn geweest. Politieke partijen puilden uit van de leden en er ergens geen gebrek aan was, waren het wel mensen die het graag zelf eens wilden proberen. Hoe het in de raadsvergaderingen van Bunnik aan toegaat, weet ik niet; ik sla er weleens eentje over. Maar als ik naar de landelijke politiek kijk, kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat dit niet de 150 meest capabele mensen van ons land zijn. Om in de moderne tijd te slagen in de politiek moet je karakterologisch ongevoelig zijn voor doodsbedreigingen, totale afbreuk van je reputatie of levenslange minachting. Een signalement waar de meeste mensen die wat te bieden hebben, helaas niet aan voldoen. Dus wie blijven er dan over? Mensen bij wie de ambitie sterker is dan hun vermogen risico’s in te schatten. Maar de oplossing is wellicht van praktische aard, en staan onze wervingsborden op de verkeerde plek. Dus in de geest van de gemeente Bunnik en de mensen in Odijk: waar vindt u dat we nieuwe politici moeten zoeken? Dit is een column van Julian Verbeek.See omnystudio.com/listener for privacy information.